De eerste spits ronkt al voorbij als wij nog onderdeks zijn. Het is een gaan en komen (va-et-vient) met die grindhandel. Muesli met kersen en nectarines is weer anders dan met aardbeien. Trossen los en op de brug af. Ja, een klapbrug! Dus een wachter. Een hoog gelegen lege spits gaat voor ons uit. Draait bij de eerste zwaaikom en vaart dan nog kilometers achteruit voor ons, ook de volgende sluis door. Met één man aan boord, en boegschroef. Dan zien we het doel van al deze vaarbewegingen: een zand- en grindafgraving. Een diep geladen spits maakt los en die andere maakt vast. Daarna is het klaar met de scheepvaart hier. Het blijft prachtig: de prille Oise naast en onder ons; diverse “Pont Canals” over kruisende riviertjes heen. Groen en een kakafonie van vogelgeluiden. Cursusterrein!
De volgende sluis hapert maar de min-of-meer aanwezige VNF-man helpt ons er door. Op weg naar de volgende maar als we een heeeel mooie ligplek zien doen we dat omdat Hannie het briljante idee heeft dat we het restant van het bevaarbare deel ook kunnen fietsen en dan hoeven we dat (7 sluizen en 14 km) morgen niet terug te varen.
Fietsen aan de kant. Karretje erachter. Kleding, schoenen. Klaar. Via het jaagpad langs dit prachtige, rechte kanaal naar Origny-Ste-Benoîte gefietst. Ook even een stevige klim, maar verder raden we iedereen aan die in Frankrijk wil fietsen de kanalen en hun jaagpaden te volgen. Mooi en rustig klimwerk. Stop met sandwich en via de binnenwegen weer terug. Prachtig groen, rustig, huizen voor spotprijzen, maar ja…. Noord-Frankrijk. Terug de Hielkje gekeerd alvast voor morgen en dat bleek te kunnen.

We denken heel hoog in de lucht een Arend te zien balanceren op de thermiek.
Verder lui. Kleine klusjes en cursus.
Gigot d’agneau en een lekker stamppotje van Hannie.
De wereld wordt weer stil. Wij ook. De vogels zingen.