7 en 8 juli Jarville-la-Malgrange – Toul – Ville Issey

Nog even snel wat vergeten boodschappen en dan de trossen los naar het centrum van Nancy, want dat willen we ondanks de hogere versnelling toch wel even zien. Vastgemaakt in een gaatje in de jachthaven en ons netjes gemeld bij de havenmeester. Die kan ondanks lijstjes en bijna te volgen denkpatronen ons toch alleen maar een fijne paar uur in Nancy wensen zonder financiële gevolgen. Hij vindt het wel vreemd en dat is het ook natuurlijk.

In een paar uur erg genoten van deze prachtige stad met als kroonjuweel de Place Stanislas

Place Stanislas

en de omgeving daar. Café au lait met taart, rondgang, traction gespot. We komen nog een keer terug.Op weg naar Toul en dat is wel even varen. De sluizen en bruggen tot de Moselle draaien vlot maar op de rivier slaat de traagheid toe. Drie dikke sluizen kosten ons uren wegens langzaam schutten, wachten op andere scheepjes en enig water tekort. we om 16.45 uit de laatste komen hebben we nog krappe tijd om boven sluis 25 in Toul te komen om Sasja en Ekko te zien. Gassen, snelle manoeuvres, alle ervaring inzetten die we hebben en zo doen we in 3 kwartier 4 sluizen en een brug en met een beetje medewerking van de sluismevrouw lukt het precies. Pffff.

We liggen nog maar net vast of we gaan met Ekko naar een wijnproeverij op 50 m. Heerlijk en betaalbaar. We slaan wat in voor thuis: Mystic Gris de Toul.

En dan op de Cinclus met een heerlijke lamsbout en allerlei lekkers eromheen en een niet-tegenvallende-Gigondas is het leven goed.

Nog even om de kaarten gezeten en ervaringen en ligplekken uitgewisseld. Oogjes toe.

Zondag 8 juli           Toul – Ville Issey

Ondanks een lawaaiig havenfeest achter ons toch als twee roosjes geslapen. Verse croissants, eitje. Zondag. Toul zou opgeknapt zijn dus dat moeten we even controleren en ja: veel bloemen en bloembakken en mooiere straatjes. We lopen langs de Église, vinden na een omweg de Cathedrale waar de generale plaatsvind van het Bachfestival. “Jesu, meine freude” klinkt prachtig door de openstaande deuren, en binnen ook.

Belendend Hotel de Ville. Vast vroeger een paleis geweest. Terug aan boord S&E op de koffie en nog ervaringen uitgewisseld. En dan plots een zichtbare sluiswachter, sluis besproken: weg! Na warm afscheid.

Zo varen we rond half twaalf de sluizentrap op naar de tunnel van Foug. Vier stijgsluizen per uur en dan de tunnel in, door en uit. Nu naar huis alleen nog maar omlaag. De sluiswachter waarschuwt voor lage waterstand: 1.20 en dat is voor ons genoeg. Wel doorvaren want het gaat niet regenen.

Voorbij Pagny, waar we de vorige keer lagen, passeren we het kanaal naar de Marne. Wij gaan rechtdoor het Canal de l’Est (Meuse) in, langs de kalkfabriek, vier sluizen door en dan een ligplek zoeken. Die vinden we in Ville Issey, boven de sluis. Kwart voor vijf. Motor uit en wij ook. Vanavond zalm met salade en brood. En een rustige avond.

Vader gebeld en daar is het weer rustiger maar niet stabiel. Ws. in drie weken thuis. Rustig aan maar vlug een beetje…..

Hij is een stuk opgeknapt na het bezoek van Sander en Sascha met Indra. Helemaal gesmolten. Dat helpt. En ons ook. Avondrust.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *